Veel waarschuwingen heb ik gehad. Verhuizen naar het buitenland, dat gaat nooit goed. Op tv bij ‘Ik Vertrek’ kun je dat immers zien. Altijd problemen als je in een ander land woont. Nu ben ik niet het type van ‘ooh jee wat zal er gaan gebeuren’. Ik spring eerst in het diepe en dan ‘avontuur’ ik het wel. Bij het soort waarschuwingen die ik kreeg, dacht ik alleen maar ‘yes, goede keuze’, ik ben anders dan jij, dus als jij niet durft, past het wel bij mij. Grote problemen heb ik niet gehad. Wel een bijzondere ervaring bij de gemeente.
Dat het hier bij de Mairie (gemeentehuis) op ‘mijn’ Franse Platteland er anders aan toe gaat dan wat ik gewend was, dat was mij al vrij snel duidelijk. Hier geen grote publieksbalie waar je moet wachten op je nummer tot je aan de beurt bent. Het gemeentehuis is een kleine ruimte met direct bij binnenkomst twee kleine balies naast elkaar. Links is het postkantoor en rechts de gemeente. De medewerkers, een dame en de burgemeester, zitten achter het glas van de balie aan hun kantoor en werken zowel bij het postkantoor en de gemeente: multifunctioneel. Ja, je leest het goed. De burgemeester zit hier gewoon aan de balie. Geen ambtenaren die het contact met de burgers hebben, die zaken moeten afstemmen met de wethouders en tenslotte naar de gemeenteraad, die er nog een klap op geeft. Heel efficiënt hier, direct contact met de burgemeester.
Bij mij achter het huis loopt een zandweg/natuurpad tussen de akkers. In juni, toen wij hier kwamen, was een deel van het pad onder water. De buren hadden net nieuwe dakpannen gekregen en op dat pad hun oude dakpannen - in stukken - gegooid. Geniaal idee vonden wij, zo werd het pad wat beter begaanbaar. Wij stelden aan onze werkmannen, die het gat voor het zwembad gingen graven, voor om de grond uit het zwembad-gat ook op het pad te gooien. Hielpen wij ook mooi mee dat pad watervrij te krijgen, toch? Zo gezegd, zo gedaan. De werkmannen gingen aan de slag. Halverwege de werkzaamheden kreeg ik een boze boer (geen buur) aan de deur. Grond op het publieke pad gooien mocht volstrekt niet, daar moest ik een vergunning voor hebben. Dakpannen en vergelijkbaar materiaal, dat mocht dan weer wel. Eigenlijk snapte ik niet waar die man zich mee bemoeide en ik snapte al helemaal niet waarom mijn werkmannen mij niet gewaarschuwd hadden dat dit niet mocht, maar dat terzijde. Dus een vergunning aanvragen.
Ik stapte vol goede moed het gemeentekantoortje binnen. En ja hoor, het was zo gepiept. Ik kreeg van de burgemeester mondeling toestemming om de grond op het pad te laten liggen en, zoals ik had voorgesteld, de oude tegels van mijn vloer in huis over de grond te strooien. Die toestemming wilde ik op papier, maar nee, dat hoefde niet volgens meneer de burgemeester. Maar mijn werkmannen weigerden verder te werken zonder een schriftelijke toestemming van de burgemeester himself. Nou dan ging ik dat papiertje toch even ophalen. Dus weer naar de ‘Mairie’. Ja hoor, ik kreeg de toestemming wel op papier - dacht ik. Want ik kreeg een mooi getypt en ondertekend formulier mee. Ging dat even snel, zeg. Wat was ik trots op mijzelf. Dat ik dat allemaal maar zo even regelde hier in Frankrijk. Alleen was die jubelstemming van korte duur. Thuis bij het vertalen bleek dat ik geen toestemming had, maar een bevel al mijn grond weer van het pad te graven. Ik voelde mij heel erg ‘genaaid’. Met de stoom uit mijn oren racete ik weer terug en stampte het kleine kantoortje binnen. De burgemeester was er niet. Die moet ik spreken eiste ik in mijn beste Frans (en dat is niet best). Binnen tien minuten was meneer de burgemeester er. Het werd een hele discussie - hilarisch gezicht moet dat zijn geweest - allebei in onze eigen taal google translatie inspreken en de ander leest in zijn/haar taal wat er is gezegd. En dat met een verhitte discussie en een boze ik. Een tijdje hielden wij ons allebei aan ons standpunt. “U moet de grond weghalen!" “Nee ik doe dat niet, want u hebt mij mondeling toestemming gegeven!” Uiteindelijk gaf de burgemeester toe. Vooruit, als ik dan maar kapotte tegels ging strooien, mocht de grond blijven liggen. De burgemeester pakte een pen en paste het formulier aan. Nu had ik wettelijk toestemming. En wat zei de beste man nadat hij mij het formulier overhandigde…..pour un apéritif! Hoorde ik dat nou goed. Ja dus.
De volgende dag heb ik hem de steekpenning gebracht: Een fles cognac.
En waar zette hij die neer? In de kast bij een aantal flessen wijn. Zo werkt dat dus hier: een fles drank mee en alles kan geregeld worden.
Reactie plaatsen
Reacties